JACOB EN DE ENGEL
1956 | brons
bruikleen Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed

Na de Februaristaking in 1941, gericht tegen de Jodenvervolging door de nazi’s, zegde Carel Kneulman zijn kantoorbaan op en schreef hij zich in voor de beeldhouwklas van Jan Bronner op de Amsterdamse Rijksakademie. Hij wilde zich als beeldhouwer inzetten voor zijn medemensen. Hoewel hij niet gelovig was, hebben zijn beelden vaak een religieus onderwerp. Deze Jacob en de engel is het model van een beeld voor het politiebureau in Den Haag. Het Bijbelse thema kun je uitleggen als een worsteling van de mens met zijn geweten. Met zijn experimentele stijl was Kneulman een belangrijke vernieuwer van de naoorlogse beeldhouwkunst in Nederland.

JACOB EN DE ENGEL
1956 | brons
bruikleen Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed

Na de Februaristaking in 1941, gericht tegen de Jodenvervolging door de nazi’s, zegde Carel Kneulman zijn kantoorbaan op en schreef hij zich in voor de beeldhouwklas van Jan Bronner op de Amsterdamse Rijksakademie. Hij wilde zich als beeldhouwer inzetten voor zijn medemensen. Hoewel hij niet gelovig was, hebben zijn beelden vaak een religieus onderwerp. Deze Jacob en de engel is het model van een beeld voor het politiebureau in Den Haag. Het Bijbelse thema kun je uitleggen als een worsteling van de mens met zijn geweten. Met zijn experimentele stijl was Kneulman een belangrijke vernieuwer van de naoorlogse beeldhouwkunst in Nederland.